logo ars floreat header filosofen

 

 

 

 

Home

 

Downloads

 

Sitemap

 

next

 

Uit: Overpeinzingen - Marcus Aurelius Antoninus

 

De Engelse schrijver Henry James schreef in het begin van de vorige eeuw naar aanleiding van een bezoek aan Rome: ‘In de hoofdstad van het Christendom vertegenwoordigt het beeld van een heidense keizer het Christelijk geweten het best.’ De schrijver doelt op het bronzen ruiterstandbeeld uit de 2e eeuw van Marcus Aurelius Antoninus, dat door Michelangelo op de Piazza del Campidoglio werd geplaatst.

 

Marcus Annius Verus, de toekomstige keizer, werd op 26 april van het jaar 121 na Christus geboren als zoon van de Romeinse edelman Annius Verus. Nadat zijn beide ouders jong stierven, werd hij geadopteerd door zijn grootvader, eveneens Annius Verus genaamd. Verschillende goede leraren zorgden voor zijn opvoeding volgens de richtlijnen van de Stoïcijnse filosofie. Toen de jonge Annius Verus zeventien jaar was, stierf Keizer Hadrianus en deze werd opgevolgd door Aurelius Antoninus, wiens vrouw Faustina een tante van Marcus was. Omdat de nieuwe keizer zelf geen zoon had, adopteerde hij zijn jonge neef, veranderde zijn naam in Marcus Aurelius Antoninus, benoemde hem tot zijn opvolger en liet hem trouwen met zijn dochter Faustina. Van zijn zeventiende tot zijn veertigste jaar bestudeerde Marcus de kunst van het regeren en bereidde zich voor op zijn keizerlijke plichten. Hoewel in die jaren het immense rijk van de Pax Romana, dat zich uitstrekte over geheel West- en Zuid-Europa, Klein Azië, Armenië, Syrië en Noord-Afrika, onderhouden werd door de keizerlijke administratie, kwam de last van het regeren toch grotendeels neer op de persoon van de keizer zelf. Toen Antoninus in 161 stierf, nam Marcus tegen de wil van de senaat Lucius Verus, de andere geadopteerde zoon van Antoninus, bij zich op de troon en werd Rome voor het eerst geconfronteerd met het schouwspel van twee keizers. Vrijwel onmiddellijk kwam er een einde aan de jarenlange rust in het rijk. Een pestepidemie brak uit, vloedgolven vernielden het graan en veroorzaakten hongersnood, oorlogen braken uit en Marcus, wellicht de meest vredelievende van de keizers, zag zich genoodzaakt zelf het commando van zijn troepen op zich te nemen. Tijdens zijn laatste veldtochten gebruikte hij zijn eenzame uren om zijn gedachten ‘tot zichzelf’ op papier te zetten. Hij stierf op 17 maart 180, waarschijnlijk aan de pest.

 

Van de drie richtingen die de School der Stoïcijnen bestudeerde - logica, physica en ethica - houden de geschriften van Marcus Aurelius, evenals de uitspraken van Epictetus, zich voornamelijk bezig met de ethica en zij bevatten veelvuldige aanwijzingen hoe men zich zodanig kan gedragen, dat men in overeenstemming leeft met de Natuur. Hierbij dient men voor ogen te houden dat de Stoïcijnen het leven overeenkomstig de Natuur beschouwen als de weg die leidt tot het voornaamste doel van de mens: volkomen geluk. De beschouwingen van Marcus Aurelius ‘tot zichzelf’ zijn het resultaat van een levenslange zelfbeschouwing en kunnen een ieder die Geluk zoekt vele waardevolle aanwijzingen geven. Evenals de Bijbel ons voorhoudt dat het Koninkrijk der Hemelen in ons is, zegt ook Marcus Aurelius dat de mens dit Geluk slechts in zichzelf kan vinden. In Boek 11 zegt hij:

 

‘Degene die de aandacht niet richt op wat zich afspeelt in de ziel van een ander, is niet ongelukkig; maar zij die de roerselen in hun eigen ziel niet nauwlettend volgen, moeten wel ongelukkig zijn.’

 

De immense belangstelling die er gedurende vele eeuwen geweest is voor de geschriften van Marcus Aurelius, is zeker een aanwijzing voor hun praktische waarde.

 

Voor Overpeinzingen (boek) zie: Uitgaven

 

Voor Overpeinzingen (download) zie: Overpeinzingen (pdf)

 

 

footer e-mail & copyright